ERFTRANSFORMATIE ’T ROZENDAEL – ’T NIJENHUIS
Bart van der Salm [BvdS]: ‘Het project bestaat uit twee woningen en een atelier, gebouwd op het erf van een klassieke boerderij op een monumentaal landgoed. Voor mij is het altijd duidelijk geweest dat de bestaande boerderij in een nieuwe configuratie dominant zou moeten blijven. De nieuwbouw bestaat dan ook uit twee schuurwoningen en een verwante schuur als atelier, die zijn gebouwd op de plek van oude, gesloopte opstallen. Met de bestaande boerderij vormt het ensemble nu een hedendaags erf.’
‘De nieuwe woningen vormen met elkaar een besloten binnenerf en openen zich aan de randen richting het omringende landschap met vergezichten over het coulisselandschap. De architectuur refereert wel naar bouwvormen in de omgeving, maar heeft toch een eigentijdse verschijningsvorm. De gevels van de woningen zijn donker, ingetogen en privaat. Aan de zijde van het erf ogen de woningen gesloten, met houten gevels op bakstenen plinten en verticale lamellen voor de ramen om de privacy te vergroten. In contrast is het interieur licht, fris en open. ’
‘De woningen zijn opgenomen in een oplopende es, een hoger gelegen deel van het perceel. De tuinmuren vangen dit hoogteverschil op en lopen vanuit het landschap door in de plinten van de woningen. Deze plinten en tuinmuren zijn opgetrokken in dezelfde klinkers als het straatwerk. De tuinen worden zo ‘buitenkamers’ en vergroten de relatie met het landschap en de leefruimte van de woningen.’
‘Ook naar de wens van de opdrachtgevers zijn de woningen nagenoeg energieneutraal. De warmtevoorziening wordt grotendeels voorzien door een luchtwarmtepomp. Ter aanvulling zijn op een afzonderlijk veld per woning veertig pv-panelen neergelegd. Hier kunnen ook de elektrische auto’s direct worden opgeladen. De veranda’s op de zuidzijde vormen een warmtebuffer in de zomer. Via de hoge vide met dakramen in de woonkamer is er een mogelijkheid voor goede spuiventilatie. Ook in de keuze voor materialen zijn de afwegingen zorgvuldig gemaakt en altijd in overleg met de opdrachtgevers. Je ziet in de interieurs wel nuanceverschillen tussen de woningen, bijvoorbeeld in de gekozen kleuren en afwerkingen.’
DE OPDRACHT EN HET PROCES
BvdS: ‘De opdrachtgevers zijn twee bevriende echtparen met jongvolwassen kinderen, die aanvankelijk vier architectenbureaus hadden uitgenodigd voor een visie op de plek. Op dat moment kon ik nog geen referenties laten zien, maar mijn enthousiasme heeft ze overtuigd. Mijn ideeën voor deze plek kwamen overeen met hun wensen en we zijn met elkaar in het diepe gesprongen. Met veel ambitie en overtuiging, dat wel.’
‘Alle beslissingen zijn getoetst aan de driehoek opdrachtgever-opgave-locatie. De architect moet zorgen dat die driehoek altijd in balans is en moet tegelijkertijd zijn eigen waarden vasthouden. Natuurlijk was er wel eens discussie over dingen, schuurde het wat. Maar dat hoort erbij: zonder wrijving geen glans. Dit project is met veel liefde en aandacht gemaakt . De bewoners wonen er heel fijn, dat is goed gelukt. Ik ben daarbij ook trots op de manier waarop het project op een vanzelfsprekende manier zijn plek heeft gevonden op het landgoed.’
‘Het heeft veel tijd en energie gekost om het project gerealiseerd te krijgen volgens de kwaliteitsstandaard die ik voor ogen had. Zo heb ik de houten hoofddraagconstructie zelf ontwikkeld met de leverancier en hebben we details samen bedacht. De stabiliteit is onzichtbaar opgelost en de houten knopen zijn heel minimalistisch – dat maakt de constructie bijna tot een meubel. Alle kasten en deuren zijn opgenomen in het stramien en vallen weg in de wanden. Het interieur is tot op de millimeter ontworpen en gemaakt. De gevels zijn ontworpen op plankenmaat voor een consequent en rustig beeld.’
VISIE, AMBITIE EN PASSIE
BvdS: ‘Het mooiste van mijn vak vind ik dat projecten beginnen met een idee, dan langzaam gestalte krijgt en op een gegeven moment staat het er – voor een heel lange tijd. In dat proces ga je de projecten gaandeweg koesteren en worden ze dierbaar.’
‘Deze dierbaarheid is één van de drie pijlers die ik bij de start van mijn bureau heb benoemd, samen met welbevinden en vanzelfsprekendheid. Dierbaarheid heeft direct te maken met het bouwmeesterschap, de liefde voor het ambacht. Dat is de manier waarop ik mijn beroep wil staan. Het welbevinden heeft te maken met de manier waarop de architectuur en de gebruiker kunnen aarden op een plek in relatie tot het landschap. En de vanzelfsprekendheid slaat op de tektoniek, de logica van het bouwen en de keuze voor eenvoudige systemen en basale materialen. Architectuur maken vanuit de kennis van het bouwen, dat is voor mij zeer belangrijk.’
‘Mijn toekomstdromen zijn niet heel complex. Mijn bureau groeit gestaag en nieuwe medewerkers wil ik ambassadeur laten zijn voor de waarden van het bureau. Ik wil vooral architectuur maken, muziek maken en lesgeven. Ik vind het daarbij vooral belangrijk om een consistente koers te blijven volgen. Als mijn projecten de kwaliteitsnorm van een ‘echte’ Van der Salm’ kunnen halen, ben ik een gelukkig mens.’
DE BETEKENIS VAN DE ABE BONNEMA PRIJS EN DE NOMINATIE
BvdS: ‘Ik zie in mijn werk wel een relatie met het werk van Abe Bonnema. Ik zoek in mijn ontwerpen ook naar helderheid en regels, naar systemen en orde. Dat geeft richting en een vanzelfsprekendheid in je ontwerp. Al wil ik mezelf geen functionalist noemen, zoals Bonnema wel wordt genoemd. Mijn ontwerpen kenmerken zich door een ingetogen soberheid en eenvoud, maar altijd met raffinement.’
‘Drie dagen nadat ik mijn masterdiploma Architectuur heb gehaald ben ik met mijn bureau VANDERSALM-aim begonnen, midden in een economische crisis. Ik heb toen een route uitgestippeld voor mijn bureau en mijn ontwikkeling als architect. Dat is nu vier jaar geleden. De nominatie voor de Abe Bonnema Prijs is een geweldige erkenning en een bevestiging dat de route die ik heb uitgezet de juiste is. Om zo snel genomineerd te worden voor een grote Nederlandse architectuurprijs… een groter compliment kan je niet krijgen. Het is voor mij dan ook een enorme stimulans om deze koers vast te houden.’
Tekst door Caroline Kruit, opgemaakt na een gesprek op 24 oktober 2018 met Bart van der Salm, op locatie in Wijhe
Nadat Bart van der Salm in 2009 de opleiding interieurarchitectuur aan de ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten in Zwolle had afgerond studeerde Bart van der Salm in 2014 cum laude af aan de Academie van Bouwkunst Amsterdam. Zijn afstudeerontwerp werd genomineerd voor de Archiprix. Tijdens zijn studie deed Van der Salm ervaring op bij verschillende Amsterdamse architectenbureaus, waaronder korth tielens en Office Winhov. In 2014 begon hij zijn eigen bureau VANDERSALM-aim (architectuur interieurarchitect maquetteatelier). Voor het project ‘Chemotherapie Buiten, een paviljoen voor chemotherapie in het landschap’ ontving Van der Salm een nominatie voor de Hedy d’Ancona-prijs voor excellente zorgarchitectuur. Vanaf 2015 is Van der Salm gastdocent aan de Academies van Bouwkunst in Amsterdam, Arnhem en Groningen.