Interview door Kirsten Hannema
Portretfoto: Mounir Raji

Voor Keimpke Zigterman (1986) en Daan Vulkers (1991) van Unknown Architects draait architectuur niet om de fascinaties van de architect, maar het ‘puzzelen’ binnen de vele randvoorwaarden die gebruikers en de omgeving aan het ontwerp stellen. Hun eerste gerealiseerde gebouw, een vakantiewoning op Terschelling, was wat dat betreft een droomopdracht.

Hoe is jullie bureau ontstaan?
Keimpke Zigterman: ‘Daarvoor moeten we terug naar 2011, toen Daan en ik elkaar leerden kennen tijdens onze eerste ontwerpstudio op de bouwkundefaculteit in Delft. We haalden in dat propedeusejaar dusdanig hoge cijfers dat we een honours programme mochten doen, waarvoor je zelf een project moest formuleren. Ongeduldig als we waren, stelden wij onszelf de vraag: hoe is het om voor een echte opdrachtgever te ontwerpen? Bij studieopdrachten is er wel een programma van eisen, maar nooit een lijstje met wensen of menselijke eigenaardigheden. We vroegen mijn ouders voor dit rollenspel; ik wist dat ze hun keuken wilden veranderen. Ze werden enthousiast en besloten hun hele huis – of eigenlijk: een pietepeuterig wevershuisje – onder handen te nemen. Daarvoor hebben we een paar meubels ontworpen. Al doende leerden we veel en we kregen wat geld, waarmee we een architectuurfotograaf inhuurden. De foto’s werden gepubliceerd op Dezeen; ineens waren we een echt bureau.
Daan Vulkers: ‘Eenmaal afgestudeerd ging ik aan de slag bij David Chipperfield Architects in Londen en Keimpke bij Korteknie Stuhlmacher Architecten. Daarnaast werkten we verder aan interieur- en meubelopdrachten. Na het opzeggen van onze banen, in 2017, was het vakantiehuis ons eerste project en gebouw. We zijn supertrots dat het voor de Abe Bonnemaprijs is genomineerd.’

Hoe verliep de samenwerking met deze echte opdrachtgever?
DV: ‘Zoals tijdens onze studie al bleek, werken wij niet graag op een tabula rasa. Met vier opdrachtgevers – een ouder stel en hun volwassen kinderen –, ingewikkelde vergunningsprocessen, bezuinigingsrondes en een bouwlocatie naast een Natura 2000-gebied, konden we ons hart aan deze opgave ophalen; het was een rijke voedingsbodem om op te ontwerpen.’
KZ: ‘De band van de familie met het eiland maakte het extra bijzonder; de grootvader van de opdrachtgeefster bouwde ooit een barak op deze grond. Ze wilden iets dat bescheiden én uitgesproken zou zijn, wat tegenstrijdig lijkt. In dat soort moeilijke ‘puzzels’ schuilt de kwaliteit van ons werk.’

Hoe hebben jullie deze puzzel gekraakt?
KZ: ‘De hoofdvorm hadden we snel op papier. Ons idee was om zoveel mogelijk volume ‘onder het tapijt’ te schuiven, in het souterrain, waarin we – als ware het een konijnenhol – een reeks ramen hebben ‘uitgegraven’. Op de begane grond, met hout en glas ontworpen, plaatsten we een asymmetrisch ‘tentdak’ waardoor het gebouw compact en steeds anders oogt – afhankelijk van waar je staat.’
DV: ‘De opdrachtgevers wilden veel uitzicht en daglicht, maar geen ramen tot op de grond. We bedachten om een borstwering met zitvensterbanken te maken, die in hoogte varieert, en bepaalden met behulp van een proefopstelling samen de balans tussen openheid en privacy.’

Waren de Zuid- en Noordwester, de vakantiehuisjes die Abe Bonnema in 2000 op Vlieland bouwde, een referentie?
KZ: ‘Pas later in het proces ontdekten we de huisjes van Bonnema op Vlieland; de gelijkenis berust op toeval. We zijn er gaan kijken en dat bezoek bevestigde ons idee dat deze typologie werkt in zo’n duinlandschap. Er is vaak veel te doen om de bouw van nieuwe huizen op de Waddeneilanden, tot en met rechtszaken aan toe. Hier is dat niet gebeurd, en dat heeft alles te maken met onze architectonische strategie.’
DV: ‘De meest efficiënte en lucratieve oplossing was een huis met een – hoger – zadeldak geweest, waarbij je binnen het bestemmingsplan zoveel mogelijk volume creëert. Maar onze opdrachtgevers wilden dat niet.’

KZ: ‘Ze grapten laatst dat als we een keer down zijn, we maar op hun terras moeten gaan zitten om de complimenten van passanten te horen.’
DV: ‘Ook de bouwers spreken er vol trots over.’

Op welk onderdeel zijn jullie het meest trots?
DV: ‘De opbouw van de gevel vind ik architectonisch geslaagd. De betonnen onderbouw wilden we aanvankelijk in het werk storten, maar vanwege de ingewikkelde logistiek – je bouwt op een eiland – kozen we toch voor brede, massief ogende prefabbetonplaten. De begane grond met zijn houten raamstijlen heeft een fijner ritme, de dakdelen zijn nog smaller.’
KZ: ‘Ik ben tevreden over de woonruimte, die we tot op de millimeter hebben gedetailleerd. Zo hebben we elk hoekje benut, terwijl we met het tentdak een multifunctionele ruimte hebben toegevoegd die niet door de opdrachtgevers was gevraagd. De kruislaminaathoutconstructie hebben we niet afgewerkt, het betonnen binnenspouwblad is de borstwering, de vensterbank tegelijk de glaslat van het kozijn; die details dragen bij aan de bijzondere, pure sfeer.’

Zijn er ook dingen niet goed gegaan?
DV: ‘Het windscherm. We wilden de overgang tussen de begane grondvloer en het terras drempelloos uitvoeren, wat behoorlijk ingewikkeld was, omdat dat terras tegelijk het dak van de kelder is waarop een flink isolatiepakket ligt. Dat is gelukt, en het idee was om in die terrasvloer een metalen strip te verwerken waar je de glasplaten simpelweg in zou steken. Met de extra hoge windschermen die de opdrachtgevers uiteindelijk kozen, bleek dat constructief niet mogelijk. Uiteindelijk zijn de glasplaten aan staanders bevestigd. Maar ach, het ziet er prima uit.’

Met jullie ontwerp hebben jullie extra gebruiksruimte en een gevoel van rust gecreëerd; kwaliteiten die je op meer plekken zou wensen. Zien jullie kansen om deze strategie op grotere schaal toe te passen?
KZ: ‘We hebben net aan een ontwerpprijsvraag voor de verbouwing van een school meegedaan waarbij we op vergelijkbare wijze ‘bonusruimtes’ tussen de klaslokalen creëerden. Met deze ruimtes, die gebruikt kunnen worden als buitenlokalen, openen we het gebouw naar de omringende polder. Helaas wonnen we niet, maar het project leerde ons wel waarin we ons met het bureau verder willen verdiepen: landschap, transformatie en onderwijs.’
DV: ‘We zijn begin 2022 genomineerd voor het Next Step Program van de BNA, een ondernemersprijs voor jonge architecten, om hen te helpen commercieel succesvol te worden. Wij zien het bureau echter niet als een verdieninstrument en opschalen niet als een op zichzelf staand doel.’

Als jullie een motto hadden kunnen meegeven aan jullie inzending, wat zou dat dan zijn?
KZ: ‘Bescheidenheid. We hebben de naam Unknown Architects – tamelijk impulsief – gekozen vanuit het idee: het gaat om ons werk, niet om naam en faam. Het past bij hoe wij werken: voor en met opdrachtgevers en bouwers, vanuit nieuwsgierigheid, onwetendheid.’
DV: ‘Misschien zelfs naïviteit. We krijgen vaak als zakelijk advies: bedenk wat je wilt, richt je op een specifieke doelgroep of gebouwtype. Dan zouden we ons nu moeten specialiseren in vakantiehuizen; dat willen we niet. We zijn de aan- en uitbouwen inmiddels ontgroeid, werken aan verschillende woningbouwprojecten, en zijn blij met wat we doen. Liever dan de markt te bestormen en in de greep van het grote geld komen, bouwen we geduldig aan een lange, rijke carrière.’

november 2022

Nominatie Huis in de Duinen

Unknown Architects

Keimpke Zigterman (Bilthoven, 1986)
Daan Vulkers (Amsterdam, 1991)
Unknown Architects

Keimpke Zigterman studeerde in 2016 cum laude af als architect aan de TU Delft. Tijdens zijn opleiding richtte hij samen met studiegenoot Daan Vulkers in 2012 Unknown Architects op. Met hun bureau streven ze naar een verfijnde architectuur met oog voor structuur, detail, materiaalgebruik en duurzaamheid. Via kleinschalige projecten voor private, creatieve en commerciële opdrachtgevers voltooide het bureau in 2021 hun eerste complete bouwwerk: het Huis in de Duinen. Actuele werkzaamheden van het bureau zijn: bouwen in het landschap, transformatie, renovatie, woning- en scholenbouw. Het bureau werd genomineerd voor de ARC18 Jong Talent Award, won de Unfair Architect Award in 2019 en was een van de tien genomineerden voor de Next Step Award 2022.

unknownarchitects.nl